Maatschappij, techniek en milieu
Energie is voor Coco zeker geen nieuw onderwerp. Ze volgde haar Master in Environmental Sciences in Wageningen met een specialisatie in de richting Environmental Policy. Tijdens deze opleiding liep Coco ook stage bij Royal Haskoning in Nijmegen. “Ik onderzocht bij Royal Haskoning wat er speelt op het gebied van olie en gaswinning in Groenland. In die tijd gingen olie- en gasbedrijven actief op zoek naar voorraden onder de Groenlandse wateren. Deze nieuwe inkomstenbron vormde voor de Groenlandse samenleving een kans om financieel onafhankelijk te worden van Denemarken. Maar hoe zorg je dat je als (kleine) samenleving maximaal profiteert van een (grootschalige) ontwikkeling? Dit vraagstuk, dat zich op het snijvlak van maatschappij, techniek en milieu bevond, interesseerde me enorm.”
Na de afronding van haar studie zette Coco deze interesse voort. In Londen begon ze bij Royal Haskoning met milieueffectrapportages voor de aansluiting van windparken in het Verenigd Koninkrijk en social impact assessments voor meerdere internationale (energie) infrastructuurprojecten. Maar de internationaal-georiënteerde Coco zocht het snel verder van huis. Zo verhuisde ze naar Athene, waar ze ongeveer twee jaar werkte aan een gaspijpleiding tussen Turkije, Griekenland, Albanië en Italië. Coco verzorgde de uitwerking en het testen van een aanpak die zicht richtte op de vraag: Hoe krijg je rechtmatig toegang tot het land waar de pijpleiding moet worden aangelegd?
Projecten zonder routekaart
Wat al Coco’s projecten gemeen hebben, is dat er een doel en ambitie is, maar dat de route daar naartoe van tevoren nog niet uitgestippeld is. Ze vertelt: “Wanneer er nog geen duidelijke ‘routekaart’ ligt, haal ik de meeste energie uit mijn werk. Blanco beginnen, onderzoek doen en gesprekken aangaan om op die manier gezamenlijk tot resultaten te komen ligt mij het allerbeste. We moeten van A naar B, maar waar ligt B precies en hoe komen we daar?” Dat kwam ook terug in haar recente werk als projectleider ruimtelijke ordening en vergunningen bij TenneT, waar ze betrokken was bij de Net op zee projecten Hollandse Kust (zuid), IJmuiden Ver Alpha en Nederwiek 1. Tussen alle projecten door vond ze óók nog tijd voor het afronden van een promotieonderzoek en het publiceren van verschillende artikelen over de ‘social license to operate’ van controversiële energieprojecten. “Dat was voor mij een soort van hobby. Na mijn Master scriptie had ik nog steeds de smaak te pakken en de relatie tussen overheden, lokale gemeenschappen en bedrijven rond controversiële energieprojecten vond ik dusdanig interessant dat ik er graag mee verder ging.”
Ontwikkelgroep warmte bij RES NML
En dan volgt nu het volgende hoofdstuk, als voorzitter van de ontwikkelgroep warmte. Ook hier is de weg van A naar B nog niet helemaal duidelijk, maar de welwillendheid van het team schept goede voorwaarden volgens Coco. “Wat me opvalt is het enthousiasme en de inzet bij iedereen die ik gesproken heb. Het is nog even zoeken naar hoe en wat, maar iedereen gaat er voor en mensen willen graag het gesprek aangaan. Ik merkte veel bereidheid om te helpen, voorbeelden te delen en eerlijkheid over de uitgagingen die er liggen.” Coco kijkt vooruit naar de komende maanden. “De grootste uitdaging is denk ik om het vliegwiel op gang te krijgen. Elk begin is moeilijk, dus laten we klein beginnen, leren van wat er nu al ondernomen wordt en dan uitbouwen. We zitten nog in een creatief stadium en tegelijkertijd is er wel de ambitie en ook urgentie om concreet dingen te gaan doen. Het doel is om weloverwogen te gaan onderzoeken, te proberen en te leren van de ervaringen die we gaandeweg opdoen. En om op die manier iets concreets neer te zetten voor de warmtetransitie in de regio Noord en Midden-Limburg.”